Schoon duinwater uit de tap
Hier sta je bij een openbaar watertappunt. Wist je dat er meer dan 500 van zulke tappunten door heel Amsterdam verspreid liggen?
Ze zorgen ervoor dat zowel Amsterdammers als bezoekers overal in de stad makkelijk aan schoon drinkwater kunnen komen. Deze tappunten werden al snel na de aanleg van de duinwaterleiding in 1853 geïnstalleerd. Ze waren aangesloten op het nieuwe leidingnet vanuit de Amsterdamse Waterleidingduinen. Wist je trouwens dat Amsterdams drinkwater uit twee bronnen komt? Iets meer dan 60 % van het water komt uit het Lekkanaal bij Nieuwegein. Dit water wordt voorgezuiverd en naar de Amsterdamse Waterleidingduinen getransporteerd. Het voorgezuiverde water infiltreert in de duinen en wordt aangevuld met ongeveer 10% aan neerslag, ook wel natuurlijk duinwater genoemd. Na de duinpassage wordt het water op de productielocatie Leiduin verder gezuiverd en stroomt het als drinkwater naar het westelijk deel van de stad. De andere 30% van het water is afkomstig uit de Bethunepolder, een polder ten zuidoosten van Amsterdam. Door de lage ligging van deze polder komt er zeer veel kwel (opborrelend water uit de grond) omhoog. Deze kwel zuiveren we eerst op een natuurlijke manier in de Waterleidingplas. Na zuivering op de locatie Weesperkarspel in Amsterdam-Zuidoost stroomt het drinkwater naar het oostelijk deel van de stad. Zo gebruiken we zowel in West als Oost Amsterdam dus elke dag drinkwater dat een bijzondere reis heeft afgelegd!