Penninks vooruitziende blik
Over een belangrijk persoon in de watergeschiedenis hebben we het nog niet gehad: ingenieur Pennink.
Hij was rond 1900 directeur van de Amsterdamse Waterleiding. Hij maakte zich zorgen over de groeiende watervraag door de groeiende bevolking in Amsterdam. De door anderen voorgestelde oplossing was om putten in de duinen te slaan om ook diep grondwater te gaan oppompen. Maar Pennink ontdekte met schaalmodellen dat bij de inzet van putten er zout water uit diepere lagen naar boven zou komen en dat de putten daardoor zouden verzilten. Hij had een veel beter idee. Hij bedacht dat je zoet water uit een rivier in de duinen kunt laten zakken. Dat zoete water duwt dan het zoute water weg, waardoor de duinen geschikt blijven voor het winnen van drinkwater. Dit had nog nooit iemand bedacht! Pennink was zijn tijd ver vooruit. Toen hij de gemeenteraad adviseerde om water uit de Lek te halen en in de Amsterdamse Waterleidingduinen te brengen, vonden ze dat ingewikkeld en te duur. Zijn plan werd afgewezen, Pennink vertrok en de putten die anderen voorstelden werden toch geslagen. Maar later bleken Penninks analyses, voorspellingen en voorstellen toch uit te komen, de putten verzilten en Amsterdam kampte nog steeds met te weinig drinkwater. Vanaf 1957 haalt Waternet het water, precies zoals Pennink het rond 1900 al had bedacht, uit het Lekkanaal om het naar de duinen te pompen. Een ware waterheld dus!